Gepubliceerd op:1 april 2010
Tijdens een brainstorm in het najaar van 2008 is vastgesteld dat het roze plafond niet het belangrijkste discussiepunt is in de emancipatie van degenen met een andere seksuele voorkeur. Onzichtbaarheid, gebrek aan openheid en acceptatie op de werkvloer zijn wel aandachtspunten voor beleid. Ook in maatschappelijke zin is de acceptatie nog niet voltooid. Hoewel
Nederland in internationaal perspectief als tolerant kan worden beschouwd, zit Nederland in de fase van sociale acceptatie.
Tegelijkertijd zijn er diverse signalen die er op wijzen dat door deze omstandigheden economische voordelen onbenut blijven, dan wel onnodig hoge kosten worden gemaakt door productiviteitsverliezen en het onvoldoende benutten van aanwezig talent. Dit betekent dat het bedrijfsleven competitiever zou kunnen zijn door een goed algemeen diversiteitsbeleid en een goed werkklimaat voor homoseksuelen in het bijzonder.
In het voorliggende onderzoek is nagegaan of er economische voordelen zijn te behalen via verbetering van het werkklimaat voor homoseksuelen, op welke wijze dit kan worden bereikt of gestimuleerd en welke kosten dat met zich meebrengt. Het onderzoek is gericht op beantwoording van de volgende onderzoeksvragen:
- Is de hypothese juist, dat het Nederlandse bedrijfsleven competitiever kan zijn door een goed diversiteitsbeleid in het algemeen en een goed werkklimaat voor homoseksuelen in het bijzonder?
- Hoe kan een dergelijk homovriendelijk werkklimaat worden bereikt en wat kost het?
- Hoe help je meer bedrijven over de drempel om zo’n beleid te voeren? Wat kan de rol daarin zijn van overheid en werkgevers- en werknemersorganisaties?
Auteurs
Opdrachtgever: Ministerie van Economische Zaken